Zorg

Binnen IC vinden wij het belangrijk dat elk kind zich goed voelt en graag naar school komt. Als team willen we een goede sfeer scheppen, waarin voortdurend aandacht besteed wordt aan de eigenheid van elk kind in zijn ontwikkeling. Vanuit onze visie gaan wij ervan uit dat kinderen mogen verschillen. Daarom aanvaarden wij dat kinderen zowel in het leertraject als het begin- en eindpunt mogen verschillen. Niet alle kinderen kunnen op hetzelfde moment dezelfde leerstof aan. Soms is verrijking, remediëring of differentiatie noodzakelijk. De klemtoon ligt hierbij op het volgen van de ontwikkeling van het individuele kind via het leerlingvolgsysteem.

Als stichting volgen wij de ontwikkeling van kinderen zodanig dat zij ononderbroken ontwikkeling kunnen doorlopen. Hiervoor gebruiken we twee verschillende leerlingvolgsystemen. Enerzijds gebruiken we ParnasSys voor de opbrengsten. Naast de cognitieve prestaties, hebben wij ook oog voor de sociaal emotionele en de psychomotorische ontwikkeling van elk kind, rekening houdend met hun eigenheid en persoonlijkheid. Hiervoor gebruiken we Op School voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. Voor beide volgsystemen geldt dat er tweemaal per jaar een screening plaatsvindt. Deze worden geanalyseerd en er worden aan de hand van de resultaten interventies uitgezet. Bovendien zijn wij bereid om een inspanning te leveren om leerlingen met leer- en ontwikkelingsstoornissen zo goed mogelijk op te vangen, te integreren en zo veel mogelijk onderwijs te bieden volgens hun onderwijsbehoeften. Wij als team hebben als taak om ons onderwijs zo in te richten dat wij het uiterste halen uit de mogelijkheden van ieder kind.

Bovenstaande is niet voor alle leerlingen toereikend; sommige leerlingen hebben extra zorg nodig. Er wordt bij het aanbieden van de zorg zoveel mogelijk gewerkt volgens de uitgangspunten van handelingsgericht werken. Deze uitgangspunten zijn:

  • De onderwijsbehoeften van het kind staan centraal. 

  • Afstemming en wisselwerking: het gaat niet alleen om het kind, maar om het kind in wisselwerking met zijn omgeving. 

  • Leerkrachten realiseren passend onderwijs en leveren daarmee een cruciale bijdrage aan een positieve ontwikkeling van leerlingen op het gebied van het leren.

  • Positieve aspecten van het kind, groep, school en ouders zijn van groot belang. 

  • Samenwerking tussen leerkrachten, leerlingen, ouders, interne en externe begeleiders is noodzakelijk om een effectieve aanpak te realiseren. 

  • Doelgericht werken: het team formuleert korte en lange termijndoelen voor het leren, de werkhouding en het sociaal-emotioneel functioneren van alle leerlingen. 

  • De werkwijze is systematisch, in stappen en transparant. Het is voor alle betrokkenen duidelijk hoe de school wil werken en waarom.

Onder opbrengstgerichtheid verstaan we het bewust, systematisch en cyclisch werken aan het streven naar maximale opbrengsten. Bij opbrengsten gaat het dan om:

  • cognitieve resultaten van leerlingen;

  • sociaal-emotionele resultaten;

  • tevredenheid van leerlingen, ouders en vervolgonderwijs.

Bij opbrengstgericht werken zijn er hoge verwachtingen van de kinderen en wordt er uitgegaan van doelgericht werken. De doelen worden in het groepsplan geformuleerd en uitgewerkt. In dit groepsplan wordt gewerkt via het DIM waarbij de leerlingen op drie niveaus les krijgen. Voor de leerlingen die op een eigen niveau les krijgen, worden doelen, middelen en organisatie vastgesteld in een individueel OPP (ontwikkelingsperspectief). Op deze manier zijn de verschillen binnen de groep beter te hanteren.

Deze visie die wij hebben op zorg staat ook opgenomen in het schoolondersteuningsprofiel (hierna te noemen: SOP). Het SOP wordt elke 4 jaar ingericht, maar wel jaarlijks geëvalueerd, omdat het kan zijn dat leerkrachten of intern begeleiders tot nieuwe inzichten komen die hierin verwerkt zouden moeten worden. Om het SOP in te richten, is onze visie op passend onderwijs van belang. Die luidt als volgt:

Wij vinden dat elk kind unieke talenten bezit die ontwikkeld kunnen worden. Die kans tot ontwikkeling willen wij bieden. We bekijken per leerling of we de leerling passend onderwijs kunnen bieden. Indien er leerlingen met zeer specifieke onderwijsbehoeften worden aangemeld, volgt een bespreking in het Breed Ondersteuningsteam.

In het SOP maken we onderscheid in 4 zorgniveaus met elk zijn eigen indicatoren:

  • Basiszorg: algemene reguliere preventieve begeleiding in de groep;

  • Speciale zorg (met intern onderzoek): gerichte intensieve begeleiding in de groep door de leerkracht;

  • Speciale zorg (met extern onderzoek): extra begeleiding binnen/buiten de groep met inzet van externen;

  • Zeer speciale zorg.

Door goed met alle partners samen te werken en intern de juiste expertises in te zetten, proberen wij iedereen de juiste zorg en daarmee de juiste vorm van onderwijs aan te bieden. Omdat zorg een schaarste kan zijn, werken wij ook graag samen met andere scholen en partners in de buurt/wijk. Zodoende kan er gezamenlijk zorg ingekocht worden en kan er onderling uitwisseling zijn van expertise. Intern hebben we een multidisciplinair team die bovenschools acteren, maar ook deelnemen aan kennisteams in de wijken en gemeenten.